22. Merchant’s declaration of the current exchange rates between Dutch and Smirnese coins

Op huijden 5 september anno 1686 compareerde voor mij Dirck van der Groe notaris et cetera in presentie van de nabeschreven getuijgen d’heeren Gio Eijgels ende Abraham van der Sande cooplijden binnen deser steede ende hebben ten versoecke van d’heer Antonyo de Lespaul coopman alhier voor de oprechte waerheijt in plaetse ende onder presentatie van eede solemneel getuijcht verclaert ende geattesteert hoe waer is dat drie acht en twintich stuijvers penningen van dese landen tot Deventer, Campen of Swol geslagen tot Smirna passeren voor twee leeuwendaelders ende van deselve waerdijs zijn, ende dat de gewigtige stucken van achten gelijck die tot Smirna passeren hier waerdigh sijn over de vijftigh stuijvers het stuck attesterende verders dat in de jaere 1675 van Smirna onder het convoij van wijlen den heer schout bij nacht Engel de Ruijter nevens andere scheepen oock nae Amsterdam geseijlt sijn de schepen genaemt de Isabella schipper Dirck Verburg ende het Wapen van Amsterdam schipper Hendrick Rijcken verclarende laestelijck sij getuijigen dat tot Smirna gebruijckelijck is dat men op het Turx garen en andere goederen ordinaris soo veel penningen op bodemarie niet en geeft als het goet welwaerdigh is om altijt en suffisant hypoteecq te hebben ende dat wanneer op het goet tekort compt op de bodemarie penningen te leveren men gemeenelijck in Turckijen geen verhael heeft of can hebben op de eijgenaer van het goet als het en armeender ofte iemant anders van s landt is, gevende sij getuijgen voor redenen van wetenschap dat sij lange jaren tot Smirna gewoont hebben aldaer genegotieert ende alsnoch van hier hunne handel op die plaetse sijn drijvende ende of sulx t geende waer wel weeten ende bij de presentie ondervonden hebben alles oprecht gedaen t Amsterdam ten presentie van Jacobus van der Groe ende Evert de Marre als getuijgen hiertoe versocht.

(Translation and transcription by Tessa de Boer & Ramona Negrón)

Today on 5 September 1686 appeared before me, Dirck van der Groe, notary et cetera, in the presence of the later mentioned witnesses, the gentlemen Gio Eijgels and Abraham van der Sande, merchants of this city, who have declared in truth and under oath, at the request of Antonyo de Lespaul, merchant here, how it is true, that three twenty-eight stuivers penningen of these lands minted in Deventer, Campen or Zwolle, pass in Smyrna for two leeuwendaalders and are of the same value, and that the pieces of eight that circulate in Smyrna are here worth over fifty stuivers a piece, declaring further that in 1675 from Smyrna under convoy of late Rear Admiral Engel de Ruijter, there sailed to Amsterdam as well as other ships, the ships the Isabella, skipper Dirck Verburg, and the Wapen van Amsterdam, skipper Hendrick Rijcken, declaring lastly they the witnesses that it is customary in Smyrna that one does not give so many bottomry funds on Turkish yarn and other goods and if the goods are well to always have a sufficient mortgagem and that when that is not sufficient, to have the bottomry funds in Turkey available for full withdrawal, or in cash if the owner of the goods is Armenian or anyone else of the land, giving the witnesses reasons of knowledge that they lived several years in Smyrna and traded there, as they still do from here, and thus know this all to be true and have experienced this themselves. Done in Amsterdam in the presence of Jacobus van der Groe and Evert de Marre requested as witnesses.

(Translation and transcription by Tessa de Boer & Ramona Negrón)